Stadswandeling

Komt een blinde man, met geleidehond, een supermarkt binnen.
De man gaat middenin de winkel staan en begint met het beest te zwaaien, vlak boven zijn hoofd.
Omstanders kijken verbaasd en vragen wat hij in hemelsnaam aan het doen is.
Zijn antwoord: ‘Niks bijzonders, ik kijk gewoon even rond.’

Dat is nou humor, zegt Arie Breedijk. De 52-jarige Utrechter is ernstig slechtziend. Zijn linkeroog doet het voor 2,7 procent, zijn rechter voor 2,3 procent. En hij is kleurenblind. Dat alles vanaf zijn geboorte. Breedijk is niet zielig. Vroeger misschien, maar nu niet meer. Het is zoals het is. Breedijk is wel eigenwijs. Of liever: stronteigenwijs. Maar die karaktereigenschap heeft hem gevormd zoals hij nu is.

Breedijk is een Utrechts vechtertje. Neem de harde grappen. Niks mis mee. Maar doe het niet tien keer achter elkaar: er zijn grenzen.

Hoe is dat nou eigenlijk, om bijna blind te zijn?
Hoe beleeft zo iemand bijvoorbeeld de lente?
Wie goede ogen heeft, ziet de stad veranderen. Bomen krijgen bladeren, je ziet prachtige bloesems, er lopen veel mooie mensen op straat.
Man met bril
Breedijk moest even nadenken over het verzoek, maar uiteindelijk ging hij overstag. Hij wil best een wandelingetje maken.
Onder twee voorwaarden:
– we lopen langs de singels
– en we pikken een terrasje.

De stadswandeling begint in de Stationshal, halverwege de middag op een doordeweekse dag, en gaat via het Moreelsepark, het Geertebolwerk en de Pelmolenweg richting Ledig Erf.
Breedijk heeft geen stok, geen hond, alleen een zonnebril. Wat opvalt: hij knalt tegen niemand op. Mensen zijn schimmen. Hij ziet net genoeg om ze te ontwijken. Daar is de Utrechter in getraind. Verder gebruikt hij natuurlijk zijn oren, meer dan anderen.

Tja, de lente. Breedijk geniet ervan. Net als ieder ander. Het is lekkerder weer, mensen zijn vrolijker, er valt meer te ruiken. Mooie vrouwen ziet hij niet staan, dat is een nadeel. Blaadjes ziet hij wel, maar niet dat ze groen zijn. Breedijk ziet in zwart, in wit en alles wat daartussen zit. Grijs dus. Hij weet niet beter.

Hij kan het ook niet uitleggen, hoe het is om te zien zoals hij ziet. Zoals niemand hem kan uitleggen hoe rood, groen, blauw of wat dan ook er uitziet.
Het is zoals het is. Breedijk is zoals hij is. Iemand die nooit braille wilde leren. Iemand die niet met een stok wil lopen. Ook al drongen ze daar bij Bartiméus op aan. Breedijk weigerde. Hij koos zijn eigen manier. Met vallen en opstaan.
Zo, genoeg geluld. Op naar het terras. Leve de lente!

(Bron: AD 19-05-06)

4 reacties

  1. Dan zal ie nu wel een beetje de pest in hebben, want je weblog kan ie niet lezen. Of heeft ie inmiddels braille onder de vingers gekregen?

  2. Ik zie genoeg om geen braille onder de vingers te hoeven. Gelukkig zeg ik dan. En echt hoor gelukkig heb ik nooit ergens de pest in. Levert me immers niets op. 😉

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Meer informatie over hoe uw reactiegegevens worden verwerkt.